Paragraaf

4 Lokale heffingen

In deze paragraaf vindt u een overzicht en de ontwikkelingen van de lokale heffingen. In de tarievennota vindt u per onderdeel aanvullende informatie.
Als algemene regel geldt dat de gemeentelijke belastingen en tarieven met het inflatiepercentage worden aangepast. Voor 2017 is dit bepaald op 1,55%. Het inflatiepercentage is bepaald aan de hand van het gemiddeld gewogen percentage voor de gemeentelijke loonkostenontwikkeling en prijzen van derden (loon-/prijsverhouding is 50:50) en gecorrigeerd met eventuele nacalculatie over voorgaande jaren.
Het inflatiepercentage 2017 is als volgt bepaald:

Percentage 2017 in basis

1,55 %

Correctie voorgaande jaren

0,00 %

Inflatiepercentage 2017

1,55 %

Deze al jaren gehanteerde correctiemethode leidt ertoe dat – met enige vertraging – de feitelijke inflatie wordt doorberekend in de gemeentelijke tarieven.
De uitkomsten (na correcties) in de voorgaande jaren staan hieronder. Het gemiddeld percentage over de jaren 2010 t/m 2017 ligt op 1,30%.

Bij de leges en rechten waar gesproken wordt over kostendekkendheid worden de indirecte kosten, die vanaf 2016 centraal worden verantwoord in het programma bedrijfsvoering, apart toegerekend. Dit vindt plaats door de totale bedrijfsvoeringskosten te delen door de directe formatie. Hieruit volgt een bedrag aan indirecte kosten per directe fte. Zie hiervoor ook het programma bedrijfsvoering. Voor elke directe fte wordt deze opslag meegenomen bij de verschillende leges en rechten. Voor de verschillende onderdelen wordt de nodigde directe capaciteit begroot. Zouden we dit niet doen dan zou er op veel onderdelen meer dan 100% kostendekkendheid ontstaan. Deze methode is conform de regelgeving.   

De tarievennota kent verschillende onderdelen. Tussen de verschillende onderdelen vindt geen kruissubsidiëring plaats. Leges Burgerzaken draagt dus niet bij aan leges omgevingsvergunning of andere leges en rechten. Binnen de verschillende onderdelen vindt soms wel kruissubsidiëring plaats. Om welke bedragen dit gaat is lastig aan te geven. Hieronder staan de belangrijkste onderdelen waar kruissubsidiëring voor kan komen.
Bij leges Burgerzaken zijn veel tarieven gemaximeerd. Hierdoor zijn sommige onderdelen iets minder dan 100% kostendekkend zoals reisdocumenten en naturalisatie en sommige onderdelen iets meer dan 100% kostendekkend zoals rijbewijzen en Burgerlijkestand (uittreksels en huwelijken).
Bij leges omgevingsvergunning kan in het algemeen aangegeven worden dat grote bouwwerken meer dan kostendekkend zijn en kleine bouwwerken minder dan kostendekkend. De grote van de kruissubsidiëring is erg afhankelijk van het type aanvraag.  
Leges Juridische zaken, dit is erg lastig aan te geven omdat de tijdbesteding per aanvraag erg verschillend is.

Selecteer een onderdeel