Met ingang van 1 januari 2015 voeren wij de ’nieuwe’ Wmo uit en doen ervaring op met de nieuwe taken, verantwoordelijkheden en werkwijzen. We investeren hierbij in een transformatie waarbij we de beweging inzetten van de achterkant (maatwerkvoorzieningen) naar de voorkant en het organiseren van de ondersteuning zo dicht mogelijk bij mensen. We sluiten aan bij voorliggende voorzieningen en het versterken van het vrijwilligerswerk en de mantelzorg. In de afgelopen periode zijn de eerste stappen gezet in deze transformatie. Bij het opstellen van het ondersteuningsplan kijkt het SWT samen met de inwoner breed naar mogelijke oplossingen binnen het eigen sociale netwerk, voorliggende en algemene voorzieningen en indien nodig worden maatwerkvoorzieningen ingezet. Hierbij wordt gewerkt met het benoemen van resultaten. Dit biedt inwoners en aanbieders flexibiliteit in de wijze waarop de ondersteuning wordt ingezet om het resultaat te bereiken. We werken hierbij samen met de partners in de stad zoals aanbieders, participatieraad, welzijnsorganisaties. In 2017 zetten we in op de verdere samenwerking met deze partijen.
Vanuit ervaringen in de afgelopen periode zien wij de volgende ontwikkelingen in de praktijk, die in 2017 verdere aandacht vragen:
Integrale ondersteuning: we bieden ondersteuning aan mensen om langer zelfstandig thuis te blijven wonen zoals huishoudelijke ondersteuning en begeleiding. Daarnaast wordt ook vanuit de Zorgverzekeringswet ondersteuning geboden aan mensen die thuis wonen zoals bijvoorbeeld persoonlijke verzorging. In de praktijk blijkt de vraag van inwoners naar ondersteuning divers, niet altijd onder te brengen in de verschillende vakjes en leidt tot grensdiscussies binnen en tussen de wetten. Er is behoefte aan integrale vormen van thuisondersteuning waarbij professionals de vrijheid hebben om die ondersteuning te leveren die noodzakelijk is om thuis te blijven wonen. Dit geldt zowel binnen de Wmo (combinaties van HH en individuele begeleiding) als tussen de Wmo en de zorgverzekeringswet.
Recente uitspraken van de Centrale Raad van Beroep over resultaatgericht indiceren (HH) geven aan dat de gemeente goed moet vastleggen welke concrete ondersteuning wordt geboden om het resultaat te bereiken. De uitspraken zijn aanleiding om onze verordening, beleid(sregels) en werkwijzen onder de loep te nemen. Daar waar deze niet in overeenstemming blijken te zijn met de actuele rechtspraak zullen wij deze aanpassen.
Binnen de dagbesteding zijn we bezig met een doorontwikkeling waarbij we kijken naar een nieuwe inrichting van de dagbesteding. We willen hierbij inzetten op een verdere aansluiting op het voorliggende veld/ welzijn, en een doorlopende lijn richting de arbeidsmarkt, en ondersteuning vanuit DIAH.
We hebben te maken met veel nieuwe gecontracteerde partners. Wij moeten deze nieuwe partners leren kennen en ook de wijze waarop de ondersteuning wordt verleend. Daar waar vanuit de praktijk vraagtekens zijn over de kwaliteit van de aanbieder, kan de toezichthouder worden ingeschakeld.
Samen met gemeenten in de regio wordt samengewerkt met de zorgverzekeraar en wordt uitvoering gegeven aan het convenant.
Het is niet altijd eenvoudig om voor mensen met een huisvestingsvraag een adequate, aangepaste en betaalbare woning te vinden. We zetten in 2017 in op de verdere samenwerking met de woningcorporaties en het aanjagen en ontwikkelen van nieuwe woonvormen die het langer zelfstandig thuis wonen bevorderen danwel bijdragen aan een eerdere uitstroom uit vormen van beschermd wonen en jeugdzorg.