Energietransitie:
Eind 2011 heeft de gemeente een energieverkenning opgesteld naar de energiehuishouding in Zwolle. In die verkenning is een inschatting gemaakt van het huidige energieverbruik en van het verbruik in 1990. 1990 is gekozen, omdat er tot het moment van het vaststellen van de Agenda Duurzaamheid werd gewerkt met de EU doelstelling van 20% reductie in 2020 ten opzichte van de uitstoot in 1990. Ook zijn in de energieverkenning 5 scenario’s voor de energietransitie onderzocht op het effect op de CO2-uitstoot en hun bijdrage aan people, planet en profit. De energieladder laat zien dat de gemeente de gewenste CO2 reductie niet alleen kan realiseren. Het enige scenario dat leidt tot voldoende CO2-reductie is het scenario waarin gemeente, bewoners, bedrijven en organisaties samen participeren in de energietransitie. Alleen dan kunnen voldoende zonnepanelen geplaatst worden, kunnen er andere lokale energiebronnen worden gebruikt en zullen woningen worden geïsoleerd. Dan kunnen we overtollige zomerwarmte uit huizen of water bewaren door het op te slaan in de bodem. Dan kunnen we warmte winnen uit de diepe ondergrond. Samen kunnen we biomassa produceren, oogsten en gebruiken. Als we alle lokale bronnen in Zwolle gebruiken, alle gebouwen goed isoleren en minder stroom gebruiken, komen we dichter bij energieneutraliteit. Natuurlijk moeten we bouwers blijven stimuleren door regelgeving en subsidies en moeten we de markt verleiden tot de productie van groene energie. Maar voor het behalen van onze doelstelling zijn we vooral aangewezen op de samenwerking met Zwollenaren. Als die gaan participeren in de energietransitie door te investeren in het gebruik van lokale bronnen, in de isolatie van gebouwen en door bewust met energie om te gaan, komt de doelstelling dichterbij. Het resultaat van een scenario dat gebaseerd is op samenwerking heeft positieve gevolgen voor de ontwikkeling van Zwolle. Veel meer dan alleen het behalen van de CO2 doelstelling. De energietransitie kan dan leiden tot meervoudige opbrengsten, in termren van woonlasten, werkgelegenheid, betrokken bewoners, etc.
Klimaatadaptatie:
Op dit moment leeft de helft van de wereldbevolking in delta’s, kust- en riviergebieden en naar verwachting zal het percentage in 2050 zelfs oplopen tot zeventig procent. Wereldwijd zijn delta’s economische knooppunten maar ze zijn ook erg kwetsbaar. Met de verwachte klimaatveranderingen (een stijgende zeespiegel, extremer weer, meer afvoer via de rivieren) is die kwetsbaarheid van delta’s actueler dan ooit.
Zwolle ligt in de delta van de rivieren IJssel en Vecht, die de noordelijke tak vormen van de Nederlandse delta. Vanuit het achterland stromen bovendien de Sallandse weteringen naar en door de stad. Ook Zwolle is kwetsbaar voor klimaatveranderingen: er komt meer water over de rivieren en extremer weer (plensbuien, hitte, droogte, wind). Onze traditionele, grootschalige aanpak van “dijken bouwen en pompen” alléén zal op termijn niet voldoen. Om ook in de toekomst een gezonde, aantrekkelijke en robuuste stad te zijn vraagt op lokaal niveau vele kleinschalige maatregelen zoals afkoppelen van hemelwater, vergroening, schaduw, waterberging: de nieuwe deltawerken. We hebben een slimme mix van maatregelen op verschillende schaalniveaus nodig: “van regentonnen tot internationaal rivierbeheer”.
De helft van de stad is particulier terrein. Voor een slimme mix van maatregelen zijn innovaties nodig in het (afval)watersysteem. Dat betekent dat niet alleen de overheden voor deze opgave staan, maar dat bewoners, overheden, ondernemers, onderwijs- en kennisinstellingen samen aan de slag moeten.